|   | 
            
              DAG 4 
                Vandaag vertrekken we naar Blanche Marie en de Nickerie rivier, een trip van  8/9 uur met de wagen over grotendeels zandwegen. Onderweg zie je niet anders  dan oerwoud met sporadisch enkele dorpjes. Deze zijn vaak niet meer dan enkele bouwvallige  hutten naast de weg. Verder zo nu en dan een kreek en een rivier, vaak met  bruggen in een voor ons bedenkelijke staat. Een mooie maar vermoeiende trip  door het continu heen en weer slingeren in de wagen. Maar uiteindelijk komen we  om ongeveer 15 uur aan in de Lodge van Blanche Marie. Het geheel ziet eruit als  een aaneengeknutseld geheel van kleinere gebouwen. De kamers zijn echter proper  met een gezamenlijk toilet en douche even buiten de kamer. Het uitzicht over de  rivier is er prachtig, en na het uitpakken staan we dan ook enkele minuten  later aan het water met een spinhengel. Ik krijg er enkele beten, meestal vlak  na het inwerpen tegen de overkant. Het lukt me echter niet om ook maar een vis  te landen, ze weten zich allen met veel capriolen uit het water los te schudden.  Veel tijd hebben we echter niet, want Norman neemt ons mee naar de watervallen.  Hier vissen we op Anjoumara, een prehistorische uitziende vis, met een  gevaarlijk gebit. De meeste vissen hier hebben trouwens altijd wel gevaarlijke  tanden, stekels of iets anders, minder aangenaam om mee kennis te maken. Omdat  er hier volop takken op de bodem liggen vissen we met dobbers. (ook al iets dat  we niet bij hadden), met als aas stukken vis. Norman vangt binnen enkele  minuten zijn eerste vis. Een Anjoumara van ruim 4 kg. In totaal wist Norman  drie vissen te landen die avond. Dat was trouwens typisch voor Norman, hij  toonde u hoe te vissen door steeds de eerste vis weg te vangen. Probeerde hij  een nieuwe plaats, dan zij hij: ik kijk eerst even of ze er zitten, waarna hij  een vis ving en wij daarna mochten proberen of er nog meerdere waren. Later  sprak ik hem er over aan, maar hij hing er niet echt op in , met als resultaat  dat ik daarna steeds probeerde voor Norman in te leggen, waarvoor je soms enorm  rap moest zijn. Zelf kreeg ik die avond twee beten, waarvan ik een vis  verspeelde omdat ik hem uitdrilde en daarna over de rotsen moest binnentakelen,  en hij alsnog wist te ontsnappen. De tweede was iets makkelijker te landen  omdat ik op dat moment plat op de oever stond. Beiden waren ongeveer identiek  van gewicht : circa 4 kg. De anjoumare is een felle vechter die door springen  en schudden met het hoofd meer dan eens de haak loskrijgt. De enige manier om  dit niet tegen te komen, is hem zoals Norman doet, met zwaar materiaal binnen  takelen, maar daar moet je dan ook zelf voor kiezen. Aan mij is deze manier  niet echt besteed, maar het is wel het effectiefst. Helmut mist zijn eerste vis,  en krijgt daarna geregeld beet van een sidderaal die een mooi rondje uit zijn  aasvis eet, maar niet te vangen is aan deze grote haken. Als het begint te schemeren  stoppen we met vissen, en keren terug voor het avondmaal dat door Norman bereid  wordt. Na het eten kunnen we het niet laten om nogmaals naar de rivier te  trekken. Achter de laatste hut van de lodge is een iets diepere plaats in de  rivier, en gewapend met een olielamp en hoofdlampen, willen we hier nog enkele  uren vissen. Zelf probeer ik het met kunstaas, maar dat blijkt in het donker  niet goed te werken. bij de twee beten die ik kreeg was ik steeds te laat met  aanslaan. Helmut start met een dobber, en ook dat werkte niet bij gebrek aan  licht. Daarna koos hij voor een schuiflood op de bodem. Nu kreeg hij wel  geregeld beet, maar ondanks de stalen onderlijn werd deze keer op keer  overgebeten. Met veel moeite lukte het ons toch, door vlug aan te slaan, een  vis te landen. Het was een Piranha van ruim 1 kg, niet verwonderlijk dat onze  toch dunne stalen onderlijnen overgebeten werden, zeker als je het gebit van  zo'n kereltje bekijkt. Om 1 uur kregen we problemen met onze lampen, zodat we  verplicht waren te stoppen, en niet verder konden experimenteren. 
            DAG 5  
              Norman neemt ons vandaag mee in het bos! Wat wil zeggen dat we via bospaden met  de wagen zo dicht mogelijk bij de rivier parkeerden. Daarna volgde een tocht  door de jungle over en tussen lilianen en doornstruiken van ongeveer een half  uur. Het te volgen pad was vaak niet echt te zien, en verdwalen was beslist  niet uitgesloten. Bij een temperatuur van meer dan 40 graden beslist geen  ontspannende tocht. De visplaatsen die we hier aandeden waren mooi, maar voor  drie vissers vaak te beperkt in omvang. Daarbij waren onze hengels veel te lang  en te fragiel om er mee door de jungle te wandelen. Om de minuut bleven ze wel  ergens achter een doornstruik vast hangen. Herman zijn korte en stevige boothengel  was hiervoor beter geschikt. Daarbij namen wij veel te veel materiaal mee,  ikzelf zelfs twee hengels en een reuze tas kunstaas. Zo deden we een drietal  plaatsen aan, waarbij we in de diepere gedeelten met een dobber en visaas de  vis trachten te verleiden. Resultaat : Norman 2 vissen, ik 1 vis. Allen  Anjoumara van circa 4 kg. Omstreeks 3 uur waren we terug in de lodge, waarna we  in de nabije rivier nog wat met kunstaas visten. Resultaat 3 Piranha's en  enkele missers . 
            DAG 6  
              Vandaag gaan we met een Kano de rivier stroomafwaarts af. Een kleine motor van  5 PK moet ons de terugweg iets gemakkelijker maken. Als we de boot zien, hebben  we onze bedenkingen over de stabiliteit. Vissen vanaf de boot is reeds bij  voorbaat uitgesloten. In laatste instantie besluit ik nog de bagage in een  plastiekzak te stoppen, wat achteraf een goed idee bleek te zijn. De rivier is  hier afwisselend ondiep met kleine stroomversnellingen, waarbij we soms uit de  boot moeten om deze over de rotsen te krijgen, en andere rustig stromende  diepere gedeelten. Bij de derde stroomversnelling loopt het echter al mis. De  houten kano gaat plots verkeerd door een stroomversnelling waarbij de neus van  de boot in de takken en bomen van de oever vast komt te zitten. Voor een van  mijn hengels is dit catastrofaal en breekt de top af. Ondertussen krijgt de  stroom greep op de schuin liggende boot en duwt deze in enkele seconden  onderwater. Terwijl Helmut de hengel tracht te redden, grijp ik de bagagezak en  de overige hengels en aas, de boot onderwijl tegenhoudend met mijn lichaam. Met  veel gevloek geraken we echter na een tijdje uit onze penibele situatie, en op  het droge. Resultaat, een gebroken hengel, een doos met negen pluggen, ons  rantsoen en een deel van de drank, en een machete kwijt. Gelukkig bleef onze  camera droog, en was iedereen ongedeerd. Door dit ongeluk beperkten we onze  trip dan ook door de rivier slechts nog enkele kilometer af te varen, over  rustiger stroken weliswaar. Onze eerste en ook verste aanlegplaats was een  brede rivierbocht. Vanaf de oever visten we in het diepere gedeelte van de  buitenbocht. We deden dit zowel met dobber als schuiflood. Geregeld kregen we  beet, maar het was niet de verwachte Anjoumara, maar Piranha die ons aas nam.  Na enkele vissen besluit Norman daarom terug te varen. Stroomafwaarts de stroomversnelling  waar onze boot zonk, proberen we het nogmaals. Ditmaal in een inham zijwaarts  van de eigenlijke stroom. Vanaf enkele rotsen werpen we ons aas dicht tegen de  oever aan met een dobber en het aas op een diepte van 1.5 meter. Het is terug Norman  die de eerste beet krijgt, en een Anjoumara land van circa 4 kg. Ook helmut  krijgt beet, maar weer weet de vis te ontsnappen, ditmaal door zich vast te  zwemmen in stenen en struiken. Ik besluit daarop om de pin uit de dobber te  verwijderen, en werp deze nu als schuifdobber midden in het rustig gedeelte.  Zoals bijna steeds als er Anjoumara aanwezig is volgt de beet binnen vijf  minuten. Ik laat de vis rustig het aas nemen, en sla pas aan als hij voor de  tweede maal lijn neemt. Onmiddellijk na het zetten van de haak besef ik dat het  hier een iets groter exemplaar betreft. De vis gaat enkele malen op hoge  snelheid door de slip, de runs zijn aan de korte kant, maar enorm krachtig. Als  de vis voor de eerste maal in al zijn glorie uit het water jumpt wil ik deze  vis absoluut binnen halen. De slip wordt iets vaster gezet, waardoor de vis  iets minder ruimte krijgt. Na enkele minuten en nog enkele vergeefse pogingen  om de rotsen of de struiken te bereiken is het zover, ik bewonder deze mooie  vechter op de kant. Precies 9.200 gram en 90 cm lang, een vis om U tegen te  zeggen. Daarna proberen we nog een drietal andere plaatsen uit, maar de vissen  willen niet meer. Om 14.30 uur leggen we terug aan bij de lodge. Norman wil om  16 uur nogmaals proberen bij de watervallen, Helmut gaat mee, maar ik besluit  om zelf bij de lodge te vissen. De gemiste vissen van de vorige dag blijven me  intrigeren, en ik wil beslist tonen dat het zo niet kan. Op mijn eerste worp  zie ik een zwarte schim volgen, maar die mist de spinner. Tegen de verwachting  in is het op een van de volgende worpen wel raak. Een kleine Anjoumara van  circa 2 kg maakte het ondiepe water onveilig, en zag in mijn spinner een lekkere hap. Voor  de volgende aanbeten moet ik wat geduld hebben, maar zo rond 17 uur krijg ik  geregeld aanbeet. De vissen presteren het echter om zoals de vorige dag door  jumpen het spinstangetje zodanig te verbuigen, dat de sluiting opengaat, en de  vis met de spinner weet te ontsnappen. Ten einde raad besluit ik er een kleine  drijvende plug (5cm) aan te knopen. Nu blijven de vissen wel aan de haak, en  hoewel niet groot, circa 20cm zijn het fanatieke vechters. Norman noemde ze  achteraf Moroko. Ik probeer enkele verschillende plugjes uit, en met allen weet  ik wel een vis te vangen. Pas als het begint te schemeren valt de beet stil.  Resultaat 6 vissen. Ondertussen zijn Helmut en Norman ook terug. De rivier bij  de watervallen was door regen verderop echter fors gestegen, en de stroming  maakte vissen daar onmogelijk. Uiteindelijk mocht ik dan ook blij zijn met mijn  keuze die namiddag. Die avond bleven we wat napraten, waarbij we talrijke  nieuwe ideeën opdeden voor misschien een volgende vistrip. 
            DAG 7 
              Het is vroeg in de morgen als we ons klaar maken voor vertrek naar het  vliegveld. In de nabijheid van het vliegveld ligt de Corantijn rivier, en daar  willen we nog even onze hengels uitwerpen. Ruim anderhalf uur later zijn we ter  plaatse. De rivier zelf is hier enorm breed, diep en fel stromend. Norman zet  ons af bij de eerste de beste plaats, echt gezellig of veelbelovend ziet het er  hier niet uit, maar we hebben dan ook geen tijd om naar iets beter uit te  kijken. Na het optuigen van de hengels rest ons slechts max 2 uur. Er zitten  hier grote meervallen, dus start ik met bodemlood en een stuk vis als aas. Het  lood van 70 gram is echter niet zwaar genoeg, en de stroming brengt het naar de  oever. Maar ondanks dit krijg ik beet. Niet van de verwachte Meervallen, maar  van piranha's, die het aas in een mum van tijd verorberen. Ik weet er 3 stuks  te vangen, ze zijn niet echt groot, maar de drie bosjes jongens in de buurt  zijn maar wat blij dat ze mogen meenemen. Helmut heeft ondertussen  verschillende aanslagen gekregen op zijn spinner en plug, maar weet geen enkele  vis te landen. Ik besluit dan maar om het even te proberen, en maak zo kennis  met mijn eerste pauwoog cichlide. De vis neemt de spinner met al zijn kracht,  en probeert hem daarna met jumpen en runs naar de begroeiing terug kwijt te  geraken. Maar het is tevergeefs, en enkele minuten later hou ik voor het eerst  een tucanari in de hand. Ondertussen is het tijd voor ons vliegtuig, een  gammele cesna die ons in een uur terug naar de Hoofdstad brengt. De vlucht zelf  is fascinerend. Het heeft ons een goede indruk van de uitgestrekte jungle met  hier en daar een rivier die het oerwoud doorkruist. Over het volledig traject  kon ik nergens een teken van bewoning zien tot we in de buurt van de hoofdstad  kwamen. Aangekomen staat de vrouw van Norman ons op te wachten. Zij brengt ons  eerst naar de hengelsportzaak, waar we ons materiaal wat willen aanvullen. We  kopen er wat stalen onderlijnen en lood, en een boothengel als vervanging van  de gebroken hengel. Dan naar het hotel, eten, en gaan stappen in de  uitgangsbuurt. 
            Lees verder >>> 
                    Dag 8 t/m 13, Brokopondo stuwmeer & vertrek 
              | 
          Dag 1 t/m 3 
                Dag 8 t/m 13 
               
               
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
              
             
               
              
              
              
              
            <<<Terug naar 
              Dag 1  | 
            |